|
Welkom op mijn website! Ik ben Debby Aerts, sinds 2010 werk ik met kinderen. Eerst als kinderverzorgster en sinds 2012 als leerkracht in het basisonderwijs met een voorliefde voor kleuters. In 2012 richtte ik deze website op om al mijn ideeën met collega’s te kunnen delen.
|
Waarom gebruiken kinderdagverblijven en scholen aromatherapie?
De gangbare theelichtjes of kaarsen bestaan meestal uit een combinatie van paraffine en stearine in combinatie met chemische ingrediënten om ervoor ze zorgen dat de kaarsjes goed branden. Dit is echter niet zo goed voor je longen en je gezondheid. De roet in parafine en stearinekaarsen is daarnaast ook nog een aanslag op je interieur.
Als je wel eens na de feestdagen je gordijnen hebt gewassen dan weet je wat ik bedoel. Kijk maar eens naar het roetwater wat dan van je gordijnen afkomt.
Zot van kaarsen, doe het dan op een gezonde manier. Laat je jarige kind gezonde kaarsjes uitblazen in je klas.
Sojakaarsen worden steeds populairder, niet alleen vanwege hun warme gloed en aangename geuren, maar ook vanwege de gezondheidsvoordelen die ze bieden. Hier zijn enkele redenen waarom sojakaarsen als een gezondere keuze worden beschouwd:
1.Natuurlijk en Duurzaam: Sojakaarsen worden gemaakt van sojawas, een hernieuwbare en biologisch afbreekbare bron. In tegenstelling tot paraffinekaarsen, die zijn afgeleid van aardolie, dragen sojakaarsen bij aan duurzaamheid en verminderen ze de afhankelijkheid van niet-hernieuwbare bronnen.
2.Minder Rook en Toxines: Sojawas brandt schoner en produceert minder roet dan paraffine, waardoor de luchtkwaliteit in de klas wordt verbeterd. Sojakaarsen bevatten ook geen schadelijke chemicaliën, wat resulteert in een verminderde blootstelling aan potentieel irriterende stoffen.
3. Langere Brandtijd: Sojakaarsen hebben over het algemeen een langere brandtijd dan paraffinekaarsen van vergelijkbare grootte. Dit betekent minder vaak kaarsen vervangen en dus minder productieafval.
4. Biologisch Afbreekbaar: Sojawas is biologisch afbreekbaar, wat betekent dat het snel en gemakkelijk kan worden afgebroken door natuurlijke processen. Dit draagt bij aan het verminderen van de impact op het milieu.
5. Geen Dierlijke Bijproducten: Sojakaarsen zijn veganistisch en bevatten geen dierlijke bijproducten. Ze zijn een diervriendelijke keuze voor mensen die een ethische levensstijl nastreven.
6. Verbeterde Geurverspreiding: Sojawas heeft de eigenschap geuren beter vast te houden en gelijkmatiger te verspreiden dan paraffine, wat zorgt voor een aangenamere en consistente geurervaring.
Terwijl je geniet van de rustgevende gloed en heerlijke geuren van een sojakaars, kun je ook gerust zijn in de wetenschap dat je een gezondere keuze maakt voor zowel jezelf als het milieu.
Benieuwd geworden naar soja was kaarsen en geurkaarsen?
Hieronder een link van een betrouwbare webshop!
4 Punten om over na te denken!
We willen het allemaal: een uitdagende leeromgeving. Of we noemen het een rijke leeromgeving. Of... misschien een betere term: een rijke speelomgeving. Maar wat bedoelen we daar nu eigenlijk precies mee?
Laat ik beginnen bij dat eerste, een uitdagende leeromgeving. Uitdagend, dat is wat we zoeken. De kinderen moeten uitgedaagd worden... maar... tot wat?
Mijn definitie:
Een stimulerende omgeving nodigt uit tot spelen, prikkelt de nieuwsgierigheid en fantasie, zodat kinderen vanuit hun intrinsieke motivatie kunnen ontdekken, ervaren en experimenteren.
1. Nodigt uit tot spelen
Is spelen in de hoeken spel ? In kind dat dingen in en uit laad, verkleedkleding aan en uit doet. Is spelen. Voor ieder kind is spelen anders. Sommige hebben meer nood aan gestructureerd spel en andere meer fantasie spel. Als kinderen ontdekken, zich verder ontwikkelen, maar vooral plezier beleven , dat is spelen.
>> Wat versta jij onder spelen? Wanneer is iets geen spel meer?
2. Prikkelt de nieuwsgierigheid en fantasie
Als je even een kijkje kon nemen in de hersenen van kinderen terwijl ze aan het spelen zijn, zie je ongetwijfeld allerlei gebieden oplichten. Kinderen die hun creativiteit en fantasie moeten gebruiken tijdens het spelen gebruiken hun hersenen meer dan kinderen die veel voorgekauwd krijgen. Speelgoed hoeft ook niet helemaal 'af' te zijn, kinderen maken het zelf af!
>> Kijk eens kritisch naar de materialen in jouw hoeken, prikkelen deze de nieuwsgierigheid en fantasie?
3. Intrinsieke motivatie
Ik durf te stellen dat kinderen die veel vanuit hun eigen intrinsieke motivatie mogen spelen, opgroeien tot mensen die houden van leren en nieuwe dingen ontdekken. Andersom: als kinderen vooral aan de hand genomen worden en weinig vrije keus hebben... ik denk dat deze kinderen school teveel als 'moeten' gaan zien. Wat denk jij?
>> Is er bij jou in de klas voldoende ruimte voor kinderen om vanuit hun intrinsieke motivatie te spelen, of ligt er eigenlijk al best veel vast?
4. Ontdekken, ervaren, experimenteren
Ik durf ook hier weer te wedden dat de ontdekkingen die je zelf doet je veel beter bij blijven dan de ontdekkingen die je voorgeschoteld krijgt door een ander. We willen dat de kinderen in onze kleutergroepen opgroeien tot mensen die de problemen van de toekomst willen onderzoeken, nieuwe oplossingen bedenken, niet bang worden omdat ze niet meteen weten hoe iets moet.
Willen we de kinderen van nu voorbereiden op de arbeidsmarkt van de toekomst, waarvan we nog niet weten hoe die eruit ziet... dan moeten we ze meer laten spelen (ervaren, ontdekken, experimenteren) en minder aan de hand nemen.
>> Zijn er voldoende plekken waar de kinderen in jouw klas echt vrij kunnen spelen, zonder dat ze zich al te druk hoeven te maken over wat wel en niet mag? Hoe kun je hieraan tegemoet komen in élke hoek in je klas? En wat betekent dit voor jouw houding als leerkracht?
Ga naar je kind toe, maak rustig contact en let op je non-verbale uitstraling. Kom je gelijk boos of geïrriteerd over, dan kan een kind weerstand gaan bieden of zich terugtrekken, en dan komt je boodschap niet goed aan.
Voorbeeld: Ik adem eerst diep in en uit, loop rustig naar mijn kind toe en ga naast hem zitten. Voordat ik iets zeg, maak ik eerst oogcontact.
Beschrijf wat je ziet en welk gedrag je constateert. Stel een vraag, zonder oordeel, en luister naar het antwoord.
Voorbeeld: ‘Je bent een half uur later thuis dan afgesproken, wat is er gebeurd?’ Of: ‘Hé, je bent weer uit bed. Wat is er aan de hand?’
Zeg met welk gedrag je moeite hebt en waarom.
Voorbeeld: ‘Ik vind het vervelend als afspraken niet worden nagekomen, ik was erg bezorgd toen je niet op de afgesproken tijd thuis was.’ Of: ‘Ik wil niet dat je te weinig slaapt en je morgen vermoeid bent.’
Geef aan welk gedrag moet veranderen. Vertel wat het gewenste gedrag is en leg uit waarom: als een kind of puber de reden weet, helpt dat om de emoties te beheersen.
Voorbeeld: ‘Ik snap dat je graag met je vrienden terugfietst, maar ik wil niet ’s nachts in de zenuwen zitten.’ Of: ‘Fijn dat je je herinnert dat je gymtas morgen mee moet, maar vanaf nu moet je in bed blijven. Het is bedtijd.’
In plaats van te straffen, kun je een consequentie voor het gedrag bedenken die logisch en leerzaam is in deze situatie. Je kunt je kind ook laten meedenken over een oplossing.
Voorbeeld: ‘Als je telkens te laat thuiskomt, is de vrijheid van alleen terugfietsen misschien nog te groot en kom ik je weer ophalen.’ Of: ‘Laten we voor het slapengaan samen je spullen klaarleggen, zodat je niet naar beneden hoeft te komen als je al in bed ligt.’
Hoe helder je grenzen ook zijn, het is heel normaal dat kinderen en pubers daar soms overheen gaan, of er zelfs tegenaan schoppen. Je kind straffen lijkt dan de beste oplossing, maar volgens kinderpsychologie (studie die ik gevolgd heb) is dat zelden een goed idee. Je kind leert meer van goede uitleg en een logische consequentie die eraan verbonden is, zoals in het stappenplan op de vorige pagina.
Straffen kan de volgende nadelen tot gevolg hebben.
Welke herken jij? Vul het lijstje eventueel aan met je eigen ervaringen.
In de opvoeding zijn zowel afspraken als regels belangrijk: ze stimuleren op een eigen manier de ontwikkeling van een kind. Ze verduidelijken de grenzen die je als ouder stelt. Maar wat is precies het verschil tussen een afspraak en een regel?
Afspraken maak je samen. Je kind mag erover meepraten en meedenken.
Voorbeeld: iedereen ruimt zijn eigen spullen op, je kamer is jouw domein. Op vrijdagmiddag moet alle vuile was in de wasmand zitten. Op zondag eten we lekker voor de tv, de rest van de week aan tafel.
Regels leg je op. Ze gaan meestal over gezondheid en veiligheid.
Voorbeeld: Veiligheidsgordels gaan altijd om. Elke ochtend en avond tandenpoetsen. Op de fiets gebruik je geen mobiel.
Wat zijn de fijnste hoeken? Die bijna geen aandacht van je vragen, waar je fantastisch spel in ziet, waar je elke dag weer van kunt genieten. De kinderen spelen er graag en leren er zo veel!!
Als ik dit zeg, aan welke hoek in jouw klas denk je dan?
Het hoeft niet eens een hoek in je huidige klas te zijn, misschien denk je terug aan 'die ene hoek ooit'!
Laten we eens even wat beter kijken naar die hoek. Want hoe geweldig zou het zijn als je het succes van die hoek kunt kopiëren naar andere hoeken?
Vraag 1: Waarom was die hoek zo'n succes, denk je?
Waren het de materialen die erin lagen? Waren de kinderen super betrokken? Was het de bijzondere aankleding? Was er een speciale aanleiding? Schrijf voor jezelf op waarom deze hoek een succes was.
Vraag 2: Wat speelden de kinderen in de hoek?
Spelen in uitdagende hoeken: schrijf hierbij zoveel mogelijk werkwoorden op. Welke handelingen voerden de kinderen uit? Je zult misschien merken dat in de meest favoriete hoeken ook het meest te spelen valt!
Vraag 3: Welke materialen lagen in de hoek?
Wat kenmerkt de materialen in een superhoek? Zijn het dure dingen die je met zorg uit de catalogus van de onderwijsleverancier besteld hebt? Of zijn het juist de herkenbare materialen die bij de ouders en/of de Kringloop vandaan kwamen? Zelfgemaakte materialen? Kosteloos materiaal? En... konden de kinderen zélf bedenken hoe ze met deze materialen konden spelen?
Nu je dit voor jezelf hebt opgeschreven, gaan we kijken hoe je deze succesfactoren kunt vertalen naar een andere hoek in je klas. Misschien een hoek waar je nu nog niet tevreden over bent.
Wat kun je aanpassen in de materialen die er liggen?
Hoe kun je de kinderen net zo betrokken krijgen bij deze hoek?
Is er wel voldoende te doen, te spelen? (denk aan die werkwoorden)
Ik hoop dat ik je hiermee op weg heb geholpen naar nóg uitdagendere hoeken!
Eigenlijk zijn er drie ‘problemen’:
Ja, alles. Misschien zelfs ook dat keukentje, die waar het afwasbakje eruit wordt gehaald zodat de kinderen alles in het gat kunnen proppen. (Heb jij die ook??)
Kinderen spelen niet beter met meer speelgoed. Haal gewoon eens alles uit de hoek, bekijk het kritisch en zet alleen dat terug dat kinderen nodig hebben bij hun spel.
Echt, geloof me. Ik hoop dat je dit eens wilt proberen als het je maar niet lukt om de huishoek goed op orde te krijgen. Als de kinderen geen ‘goed spel’ laten zien, als de kinderen uren bezig zijn met opruimen, als de kinderen alle spullen op de grond gooien, als er veel ‘met elkaar’ gespeeld wordt en weinig ‘met het materiaal’…
Niemand heeft drie plastic serviesjes met honderd onderdelen nodig. Vier borden, vier bekers, vier stuks bestek. Dat helpt trouwens ook meteen bij het opruimen. Minder spullen ruimt makkelijker op!
Zorg dat deze spullen ook makkelijk bij elkaar opgeborgen kunnen worden (passen de borden in het kastje? Is er misschien een dienblad waar al deze spullen netjes op gezet kunnen worden? Gesloten kastjes zijn leuk, totdat je het deurtje open doet…
Tip: Als je iets nieuws zoekt, neem dan eens een open kastje. Klinkt misschien gek (dan zie je alle rommel!), maar dat nodigt veel meer uit tot netjes opruimen. Je ziet meteen of het al klaar is of niet!
De eerste oplossing voor veel van bovenstaande problemen is dus: minder materialen.
De kinderen kunnen geen enorme troep meer maken. Maar hoe krijg je ze nu ‘leuk’ aan het spelen? Op mijn blog: huishoek-hoe-begeleid-je-het-spel.html vind je daarvoor al veel tips. Kort gezegd komt het neer op voordoen en meedoen.
Vind je dat je te weinig tijd hebt om het spel goed te begeleiden? Realiseer je dan dit: de huishoek staat (vaak) het hele jaar in je lokaal. Als je daar eerst extra aandacht aan besteed, zodat het spel er goed verloopt, heb je daar de rest van het jaar profijt van.
Ook als je de hoek elke keer weer verandert binnen je thema, blijft er toch een bepaalde basis die hetzelfde is. Het gaat in deze hoek om rollenspel, of het nu een huiskamer of een dokterspraktijk is.
Dus: de tijd die je investeert in het begeleiden van het spel, verdien je later terug!
En hoe krijg je de jongens nou ook gemotiveerd om in de huishoek aan de slag te gaan? Het eerste wat in me opkomt is: vraag het hen! Maar je kunt natuurlijk wat ’typische jongensspullen’ neerleggen (tussen haakjes, want je wilt uiteraard dat iedereen daarmee speelt): een gereedschapskoffer, een oude laptop, een verrekijker.
Observeer het spel van de ‘jongens’ (weer tussen haakjes) in de andere hoeken. Welk rollenspel zou daarbij passen en welke materialen lokken dat spel uit?
Misschien helpt het ook te bedenken dat alle kinderen het leuker vinden om ‘leuk te spelen’ dan om ‘rommel te maken’. Zeker als de leerkracht dan ook nog eens boos wordt… Jemig, wat een rommel is het hier! Ruim dat eens vlug op.
Probeer in plaats daarvan deze eens: Ik zie dat jullie deze spullen niet gebruiken bij jullie spel. Doe ze maar even in deze doos, dan staan ze jullie ook niet meer in de weg.
Zoek je nog meer ideeën voor een droom van een huishoek? op deze blog vind je meer artikelen over de huishoek.