Grenzen stellen aan je kind op een liefdevolle manier

 



Consequent zijn is misschien wel het moeilijkste onderdeel van opvoeden. Maar of ze nu 4 of 14 zijn: kinderen hebben grenzen nodig. Zo stel je die op een duidelijke, maar wel warme manier.

1. Maak contact

Ga naar je kind toe, maak rustig contact en let op je non-verbale uitstraling. Kom je gelijk boos of geïrriteerd over, dan kan een kind weerstand gaan bieden of zich terugtrekken, en dan komt je boodschap niet goed aan.

Voorbeeld: Ik adem eerst diep in en uit, loop rustig naar mijn kind toe en ga naast hem zitten. Voordat ik iets zeg, maak ik eerst oogcontact.

2. Constateer, vraag en luister

Beschrijf wat je ziet en welk gedrag je constateert. Stel een vraag, zonder oordeel, en luister naar het antwoord.

Voorbeeld: ‘Je bent een half uur later thuis dan afgesproken, wat is er gebeurd?’ Of: ‘Hé, je bent weer uit bed. Wat is er aan de hand?’

3. Gebruik een ik-boodschap

Zeg met welk gedrag je moeite hebt en waarom.

Voorbeeld: ‘Ik vind het vervelend als afspraken niet worden nagekomen, ik was erg bezorgd toen je niet op de afgesproken tijd thuis was.’ Of: ‘Ik wil niet dat je te weinig slaapt en je morgen vermoeid bent.’

4. Vertel wat er anders moet en waarom

Geef aan welk gedrag moet veranderen. Vertel wat het gewenste gedrag is en leg uit waarom: als een kind of puber de reden weet, helpt dat om de emoties te beheersen.

Voorbeeld: ‘Ik snap dat je graag met je vrienden terugfietst, maar ik wil niet ’s nachts in de zenuwen zitten.’ Of: ‘Fijn dat je je herinnert dat je gymtas morgen mee moet, maar vanaf nu moet je in bed blijven. Het is bedtijd.’

5. Logische, leerzame consequenties

In plaats van te straffen, kun je een consequentie voor het gedrag bedenken die logisch en leerzaam is in deze situatie. Je kunt je kind ook laten meedenken over een oplossing.

Voorbeeld: ‘Als je telkens te laat thuiskomt, is de vrijheid van alleen terugfietsen misschien nog te groot en kom ik je weer ophalen.’ Of: ‘Laten we voor het slapengaan samen je spullen klaarleggen, zodat je niet naar beneden hoeft te komen als je al in bed ligt.’

De grens over

Hoe helder je grenzen ook zijn, het is heel normaal dat kinderen en pubers daar soms overheen gaan, of er zelfs tegenaan schoppen. Je kind straffen lijkt dan de beste oplossing, maar volgens kinderpsychologie (studie die ik gevolgd heb)  is dat zelden een goed idee. Je kind leert meer van goede uitleg en een logische consequentie die eraan verbonden is, zoals in het stappenplan op de vorige pagina.

Nadelen van straffen

Straffen  kan de volgende nadelen tot gevolg hebben. 

Welke herken jij? Vul het lijstje eventueel aan met je eigen ervaringen.

  1. Je kind leert er niets van. Als straf zou werken, zou het na een paar keer niet meer nodig zijn.
  2. Een kind kan angstig of onzeker worden. Je ziet niet direct wat het met je kind doet, waardoor het straffen z’n doel voorbijschiet.
  3. Je maakt je liefde voorwaardelijk. Een kind krijgt de boodschap: alleen als je lief en leuk bent, krijg je mijn liefde.
  4. Je kind durft niet eerlijk te zijn. Straf is niet bevorderlijk voor de gewetensopbouw.

Afspraken vs regels

In de opvoeding zijn zowel afspraken als regels belangrijk: ze stimuleren op een eigen manier de ontwikkeling van een kind. Ze verduidelijken de grenzen die je als ouder stelt. Maar wat is precies het verschil tussen een afspraak en een regel?

Afspraken maak je samen. Je kind mag erover meepraten en meedenken.
Voorbeeld: iedereen ruimt zijn eigen spullen op, je kamer is jouw domein. Op vrijdagmiddag moet alle vuile was in de wasmand zitten. Op zondag eten we lekker voor de tv, de rest van de week aan tafel.

Regels leg je op. Ze gaan meestal over gezondheid en veiligheid.
Voorbeeld: Veiligheidsgordels gaan altijd om. Elke ochtend en avond tandenpoetsen. Op de fiets gebruik je geen mobiel.

  1. Kan je kind zich niet aan een grens houden? Dan is het belangrijk om te kijken en wat daarachter zit. Dat kan een wens, behoefte of emotie zijn die aandacht nodig hebben.
  2. Regels heb je idealiter pas nodig als afspraken niet werken. Hoe minder je oplegt en hoe meer je samen afspreekt, hoe meer betrokken en verantwoordelijk een kind zich voelt. Dat zorgt voor een makkelijker en fijner contact in de opvoeding.
  3. Je kunt prima een uitzondering maken op afspraken, regels en grenzen. Als je dat maar duidelijk benoemt en het ook écht een uitzondering blijft. Wordt het een gewoonte, dan is de grens niet duidelijk meer.

Wat is de meest favoriete hoek in je klas?

 Wat zijn de fijnste hoeken? Die bijna geen aandacht van je vragen, waar je fantastisch spel in ziet, waar je elke dag weer van kunt genieten. De kinderen spelen er graag en leren er zo veel!!



Als ik dit zeg, aan welke hoek in jouw klas denk je dan?

Het hoeft niet eens een hoek in je huidige klas te zijn, misschien denk je terug aan 'die ene hoek ooit'!

Laten we eens even wat beter kijken naar die hoek. Want hoe geweldig zou het zijn als je het succes van die hoek kunt kopiëren naar andere hoeken?

Vraag 1: Waarom was die hoek zo'n succes, denk je?

Waren het de materialen die erin lagen? Waren de kinderen super betrokken? Was het de bijzondere aankleding? Was er een speciale aanleiding? Schrijf voor jezelf op waarom deze hoek een succes was.

Vraag 2: Wat speelden de kinderen in de hoek?

Spelen in uitdagende hoeken: schrijf hierbij zoveel mogelijk werkwoorden op. Welke handelingen voerden de kinderen uit? Je zult misschien merken dat in de meest favoriete hoeken ook het meest te spelen valt!

Vraag 3: Welke materialen lagen in de hoek?

Wat kenmerkt de materialen in een superhoek? Zijn het dure dingen die je met zorg uit de catalogus van de onderwijsleverancier besteld hebt? Of zijn het juist de herkenbare materialen die bij de ouders en/of de Kringloop vandaan kwamen? Zelfgemaakte materialen? Kosteloos materiaal? En... konden de kinderen zélf bedenken hoe ze met deze materialen konden spelen?

Nu je dit voor jezelf hebt opgeschreven, gaan we kijken hoe je deze succesfactoren kunt vertalen naar een andere hoek in je klas. Misschien een hoek waar je nu nog niet tevreden over bent.

Wat kun je aanpassen in de materialen die er liggen?

Hoe kun je de kinderen net zo betrokken krijgen bij deze hoek?

Is er wel voldoende te doen, te spelen? (denk aan die werkwoorden)

Ik hoop dat ik je hiermee op weg heb geholpen naar nóg uitdagendere hoeken!

Beter spel in de huishoek

 


Problemen in de huishoek? 

Eigenlijk zijn er drie ‘problemen’:

  • te weinig ruimte (voor de hoek en opbergruimte), te weinig tijd (voor inrichten, observeren, meespelen)
  • spelbegeleiding (hoe voorkom je rommel, hoe motiveer je jongens, hoe verrijk je het spel?)
  • regels en routines (opruimen, slopen, druk spel, rollen)
EHBH (Eerste hulp bij huishoek)

Eigenlijk geldt deze regel voor álle hoeken in je klas. En het is misschien geen leuke om te horen… Maar: als de kinderen te veel rommel maken in de hoek, en moeite hebben met opruimen, dan staat er… TE VEEL.

Op mijn blog vind je 5 artikelen die gaan over de huishoek, waarin we stap voor stap deze hoek aanpakken, en de eerste stap is: Alles eruit!

Ja, alles. Misschien zelfs ook dat keukentje, die waar het afwasbakje eruit wordt gehaald zodat de kinderen alles in het gat kunnen proppen. (Heb jij die ook??)

Kinderen spelen niet beter met meer speelgoed. Haal gewoon eens alles uit de hoek, bekijk het kritisch en zet alleen dat terug dat kinderen nodig hebben bij hun spel.

Echt, geloof me. Ik hoop dat je dit eens wilt proberen als het je maar niet lukt om de huishoek goed op orde te krijgen. Als de kinderen geen ‘goed spel’ laten zien, als de kinderen uren bezig zijn met opruimen, als de kinderen alle spullen op de grond gooien, als er veel ‘met elkaar’ gespeeld wordt en weinig ‘met het materiaal’…

Niemand heeft drie plastic serviesjes met honderd onderdelen nodig. Vier borden, vier bekers, vier stuks bestek. Dat helpt trouwens ook meteen bij het opruimen. Minder spullen ruimt makkelijker op!

Zorg dat deze spullen ook makkelijk bij elkaar opgeborgen kunnen worden (passen de borden in het kastje? Is er misschien een dienblad waar al deze spullen netjes op gezet kunnen worden? Gesloten kastjes zijn leuk, totdat je het deurtje open doet…

Tip: Als je iets nieuws zoekt, neem dan eens een open kastje. Klinkt misschien gek (dan zie je alle rommel!), maar dat nodigt veel meer uit tot netjes opruimen. Je ziet meteen of het al klaar is of niet!

De eerste oplossing voor veel van bovenstaande problemen is dus: minder materialen.

Hoe begeleid je het spel?

De kinderen kunnen geen enorme troep meer maken. Maar hoe krijg je ze nu ‘leuk’ aan het spelen? Op mijn blog: huishoek-hoe-begeleid-je-het-spel.html vind je daarvoor al veel tips. Kort gezegd komt het neer op voordoen en meedoen.

Vind je dat je te weinig tijd hebt om het spel goed te begeleiden? Realiseer je dan dit: de huishoek staat (vaak) het hele jaar in je lokaal. Als je daar eerst extra aandacht aan besteed, zodat het spel er goed verloopt, heb je daar de rest van het jaar profijt van.

Ook als je de hoek elke keer weer verandert binnen je thema, blijft er toch een bepaalde basis die hetzelfde is. Het gaat in deze hoek om rollenspel, of het nu een huiskamer of een dokterspraktijk is.

Dus: de tijd die je investeert in het begeleiden van het spel, verdien je later terug!

En hoe krijg je de jongens nou ook gemotiveerd om in de huishoek aan de slag te gaan? Het eerste wat in me opkomt is: vraag het hen! Maar je kunt natuurlijk wat ’typische jongensspullen’ neerleggen (tussen haakjes, want je wilt uiteraard dat iedereen daarmee speelt): een gereedschapskoffer, een oude laptop, een verrekijker.

Observeer het spel van de ‘jongens’ (weer tussen haakjes) in de andere hoeken. Welk rollenspel zou daarbij passen en welke materialen lokken dat spel uit?

Misschien helpt het ook te bedenken dat alle kinderen het leuker vinden om ‘leuk te spelen’ dan om ‘rommel te maken’. Zeker als de leerkracht dan ook nog eens boos wordt… Jemig, wat een rommel is het hier! Ruim dat eens vlug op.

Probeer in plaats daarvan deze eens: Ik zie dat jullie deze spullen niet gebruiken bij jullie spel. Doe ze maar even in deze doos, dan staan ze jullie ook niet meer in de weg.

Zoek je nog meer ideeën voor een droom van een huishoek? op deze blog vind je meer artikelen over de huishoek.

Weinig zelfvertrouwen

 6 Tips voor ouders van kinderen met weinig zelfvertrouwen




Gebrek aan zelfvertrouwen bij kinderen is een groeiend probleem in de westerse wereld. Kinderen worden geconfronteerd met immense druk om te presteren, zowel op school als op sociaal vlak.
De constante vergelijking met anderen en de angst om te falen, kan o.a. leiden tot een gebrek aan zelfvertrouwen.

Als je kind weinig zelfvertrouwen heeft, is het soms best moeilijk om te weten hoe je je kind kunt helpen.

Ik geef je graag een aantal tips.

1. Wees je bewust van het voorbeeld dat jij geeft.

Jij ben een ‘influencer’!  Wat jij doet en zegt heeft invloed op jouw kinderen. Kinderen leren door te kijken naar jouw gedrag. Laat zien dat je gelooft in jouw eigen kunnen. Het is maar al te vaak zo dat als een ouder een gebrek aan zelfvertrouwen heeft, dat ook de kinderen hiermee kampen. Heb je zelf ook een gebrek aan zelfvertrouwen? Werk dan aan jezelf door uit te vinden waar dit gebrek vandaan komt en onderzoek hoe je je zelfvertrouwen kunt verbeteren. Je zult zien, dat als jij verandert en groeit, jouw kind ook mee groeit.


2. Geef je kind de kans om zich goed te voelen over zichzelf.

Zorg ervoor dat je kind de kans krijgt om zich goed en succesvol te voelen bij de dingen die ze doen. Leg de lat niet te hoog en help ze met het doen van activiteiten die haalbaar zijn en een succesgevoel geven.
Kleine stappen zijn ook stappen. Succeservaringen zullen hun zelfvertrouwen vergroten.

3. Geef complimenten en positieve feedback

Geef je kind regelmatig complimenten en positieve feedback. Zorg ervoor dat de complimenten specifiek zijn, zoals “Ik zie dat je echt super je best hebt gedaan aan die tekening. Ik vind hem prachtig!” in plaats van een algemeen “Goed gedaan!”. Je kind voelt zich dan gezien en ervaart een gevoel van succes.
Hamer niet constant op dingen die ze in jouw ogen ‘fout’ doen, maar leg de nadruk op dat wat wel goed gaat. Een kind dat elke dag kritiek krijgt over wat ze allemaal niet goed doen, kan de overtuiging ontwikkelen niet goed genoeg te zijn, wat weer leidt tot een laag zelfvertrouwen. 

4. Luister en laat dat ook merken.

Laat je kind weten dat je naar ze luistert en ze serieus neemt. Laat weten dat je het fijn vindt als ze hun gevoelens en gedachten met jou delen en dat je heel graag naar hen luistert. Herhaal dit regelmatig. En als je kind dan iets vertelt, luister dan ook echt en herhaal soms een stuk van de zin, zodat je kind merkt dat je ook echt luistert en hen snapt.


5. Ondersteun met esssential oils

Een spreekbeurt houden, zwemmen voor je zwemdiploma, voor het eerst uit logeren, een dansvoorstelling doen, voor het eerst naar een nieuwe klas, vliegen met een vliegtuig, voor het eerst in je eentje op de fiets naar de winkel….
Het kan soms beste even spannend zijn voor een kind. Zeker voor een kind dat al weinig zelfvertrouwen heeft.
Deze fijne olieblend is erg fijn om dan bij de hand te hebben.
Zie het als een onzichtbare super(wo)man cape!

Net even wat extra powerrrrrrrr om dat spannende moment aan te gaan.
En hij ruikt ook nog heerlijk!
Je kunt deze blend ook in een roller verkrijgen. Overigens is de blend ook heel fijn voor ouders om te gebruiken :-).

Nog meer opties

Er zijn naast de KidPower nog meer fijne essential oils en essential oil blends die kunnen helpen met zelfvertrouwen en moed. Bijvoorbeeld Valor of Stress Away die beiden ook als roller verkrijgbaar zijn. Deze zijn niet specifiek voor kinderen, dus voor de kleine kids wel extra verdunnen met een draagolie. De rollers kunnen voor kinderen vanaf ongeveer 12 jaar wel gewoon direct gebruikt worden.


6. Professionele hulp

Zoek professionele hulp indien nodig. Als je kind ernstige problemen heeft met zelfvertrouwen, kan professionele hulp nodig zijn. Een psycholoog, coach of therapeut kan helpen om te kijken naar de oorzaak van het gebrek aan zelfvertrouwen en tools geven om hieraan te werken. Je kunt zelf opzoek gaan naar een coach of therapeut, maar je kunt ook via de huisarts of via school om een doorverwijzing vragen.

En onthoud dat het achterhalen van de oorzaak en het op nieuw opbouwen van zelfvertrouwen een proces is dat tijd en inspanning vergt. Het is geen quick fix. Gun jezelf en je  kind de tijd om hiermee aan de slag te gaan, zodat je kind kan groeien en bloeien in hun eigen tempo.

Let op: Is jouw kind onder behandeling van een arts of gebruiken ze medicijnen? Vraag dan altijd even aan de behandelend arts of het gebruik van essential oils in dit specifieke geval wel of niet aan te raden is.



Huishoek: 5x Taal En Rekenen In De Huishoek

 


Getallen

Bij de basisinrichting van de huishoek hoort een telefoon. Wanneer de kinderen hiermee spelen, zijn ze natuurlijk al met een taalactiviteit bezig. Het is leuk een telefoonboekje te maken van de klas. Ik maakte ooit een tabel met aan de ene kant de foto’s van de kinderen, en aan de andere kant naam en telefoonnummer. Zo konden de kinderen op de telefoon de échte getallen intoetsen om hun vriendjes te bellen. Ze moesten natuurlijk wel heel goed kijken of ze wel de juiste getallen intoetsten.

Meten

Hang een meetlint aan de muur, en leg een rolmaat in de huishoek. Wedden dat de kinderen hierdoor uitgedaagd worden elkaar te meten, maar ook de meubels eens op te meten? Wie is er eigenlijk het grootst? Hoe gebruik je zo’n rolmaat eigenlijk? Hoe groot zijn mijn voeten? Hoe lang is de rolmaat, zou die het redden van hier tot aan de muur? Je ziet dat er niet alleen gemeten wordt, maar dat er ook veel rekenbegrippen geoefend worden.

Boekoriëntatie

Liggen er boeken in jouw huishoek? Vaders en moeders lezen hun kind voor, voor het gaat slapen. Of je zit zelf even lekker op de bank uit te rusten. Maar weet je dat er ook heel leuke boeken zijn voor in je themahoek? Een goed voorbeeld is natuurlijk één van de prijzen, die beschikbaar is gesteld door uitgeverij Clavis. Het boek De kok van Liesbet Slegers beschrijft het werk van de kok, en kan heel goed toegevoegd worden aan het restaurant. Zeker als je het boek eerst voorgelezen hebt, kunnen de kinderen door het bladeren op spelideeën komen.

Er zijn nog veel meer boeken in deze serie, kijk maar!

Schrijven

Maak een brievenbus bij je huishoek. Leg in de huishoek een posttas en vellen papier, pennen en ansichtkaarten. De kinderen kunnen nu post maken, en die ook echt versturen. Is jouw huishoek op de gang? Maak dan ook een brievenbus in de klas, of spreek met een andere klas af dat zij ook een brievenbus nemen. Op deze manier zijn de kinderen op een betekenisvolle manier bezig met geschreven taal.

Wegen

Zet eens een (analoge) personenweegschaal in de huishoek en plaats een (digitale) keukenweegschaal op het aanrecht. Ook dit zal de kinderen direct interesseren: hoe werkt zo’n ding? Wat gebeurt er als ik dit erop leg? Wat gebeurt er als ik er heel hard op druk? Of spring? Hoe zwaar ben ik eigenlijk, wat betekent dat getal in beeld? Hoeveel knikkers moet ik wegen tot ik bij de 100 kom? Weer vliegen de rekenbegrippen je om de oren!

Laat kinderen lekker experimenteren met de nieuwe attributen, en observeer wat ze ermee doen en welke taal ze erbij gebruiken. Maak voor jezelf een lijstje van begrippen die je aan de orde wilt laten komen. Je kunt door mee te spelen heel goed observeren of kinderen de juiste begrippen in de juiste context gebruiken. Daar kan geen kleutertoets tegenop!

Huiswerk

Voeg één van bovenstaande elementen toe aan je huishoek, en zie wat er gebeurt! Laat de kinderen eerst zelf ontdekken en met ideeën komen. Bekijk welk spel ze spelen, en bedenk of en waar je wilt bijsturen.

Huishoek: Aanpassen Aan Je Thema

 


Een themahoek naast je huishoek

Als jij geluk hebt, heb je ruimte voor een extra themahoek. Ik zal uitleggen wat het voordeel hiervan is. Wanneer je bijvoorbeeld een winkeltje, een postkantoor of een politiebureau naast de huishoek hebt, kan het spel in de huishoek hierop aangepast worden. Er ontstaat interactie tussen de twee verschillende hoeken. In de huishoek kan nog steeds het basis, huiselijke spel gespeeld worden, maar er kunnen daarnaast uitstapjes gemaakt worden naar de themahoek.

In die themahoek kan het spel zich juist helemaal richten op het thema. Je kunt je voorstellen dat een politieman in een huishoek misschien niet tot zijn volste recht komt, terwijl hij op een politiebureau zijn werk wel kan doen. Het spel in die hoek is veel meer gericht op rollenspel, alhoewel het manipulatieve spel daar natuurlijk ook wel voorkomt.

Als je een thema hebt waarbij je een themahoek kunt maken, hoeft dat niet altijd direct een bestaande spelhoek te zijn. Maak gerust van je taalhoek een postkantoor, en laat je huishoek zoals hij is. Je kunt natuurlijk wel attributen toevoegen aan de huishoek, daar kom ik zo op terug. Een bloemenwinkel kan een plekje krijgen in de zandtafel, een schildersatelier heb je waarschijnlijk liever in je knutselhoek (of ‘natte’ hoek, dicht bij de kraan). Door twee hoeken te creëren, creëer je ook spelmogelijkheden tussen beide hoeken.

Je huishoek aanpassen aan het thema

Heb je geen ruimte voor een tweede spelhoek, of leent je thema zich daar minder goed voor, dan kun je ook je huishoek aanpassen aan het thema. Sowieso is het leuk om eens in de zoveel tijd wat nieuwe materialen toe te voegen aan de basisinrichting, zodat er nieuw spel kan ontstaan. Je kunt hierbij denken aan: feestmaterialen zoals slingers, wanneer er een feestje is, attributen die passen bij het seizoen, schoonmaakspullen als de klas schoongemaakt gaat worden, etc.

Als je nieuwe attributen toe wilt voegen aan de huishoek, laat ze dan eerst in de kring zien. Bespreek wat de kinderen ermee kunnen doen, laat eerst het manipulatieve spel voordoen (beeld maar uit hoe je met een veger de vloer veegt). Laat vervolgens kinderen voordoen hoe je met het materiaal kunt spelen, en bespreek welke rollen daarbij nodig zijn. Een kok in een restaurant moet bijvoorbeeld het eten snijden, het in de pan doen, erin roeren, het eten proeven en op borden scheppen. Laat al deze handelingen aan bod komen, en benoem ze. Als je tijdens het spelen een bezoek brengt aan de huishoek, refereer dan aan deze uitleg. Wat deed een kok ook al weer?

Mogelijke themahoeken

Er zijn van die themahoeken, die eigenlijk bij elk thema wel passen. Een winkel, bijvoorbeeld, kan in elk seizoen een plek krijgen. In de winter is het een kledingwinkel voor Kikker, die het te koud heeft, in de lente is het een bloemenwinkel, in de zomer een ijscokraam en in de herfst een toverwinkeltje voor de boze heks. Een supermarkt is het hele jaar door geopend, en kan dus prima bij elk thema ingepast worden. In de winkel is veel ruimte voor het spelen met getallen.

Een ander voorbeeld van zo’n hoek, is het postkantoor. In de lente schrijf je Valentijnsbrieven, of je verstuurt geboortekaartjes voor de lammetjes. In de decembermaand kunnen de verlanglijstjes aan Sinterklaas gestuurd worden, en versturen we kerstkaarten. Hoewel het versturen van post steeds minder ‘van nu’ wordt in het digitale tijdperk, is het voor kinderen altijd interessant te weten welke weg een brief of kaart aflegt. Bovendien is er in zo’n hoek veel ruimte om te spelen met letters.

Nog een hoek die bij veel thema’s past, is het restaurant. In de decembermaand gaan de kinderen waarschijnlijk zelf wel eens uit eten. Het zelfde geldt voor Valentijnsdag, Vaderdag en Moederdag. Eten is een thema dat vaak terug komt, niet alleen op het gebied van gezond eten (bijvoorbeeld met het Nationale Schoolontbijt of de Koningsspelen), maar ook met feestdagen als Pasen. En als je werkt over reizen, kan een pizzeria of een Chinees restaurant natuurlijk niet ontbreken!

Ik wil nogmaals het boek Hoekenwerk van de Werkgroep Kleuters Centraal noemen. Helaas is het boek alleen nog maar tweedehands te verkrijgen bij bol.com. Het staat echter vol met ideeën voor thematische hoeken, compleet met voorbereidingsschema’s en suggesties voor andere activiteiten. Duidelijk wordt dat het spel zich helemaal niet beperkt tot de huishoek en/of de themahoek. Er kan interactie ontstaan met veel meer hoeken in de klas, waardoor het thema écht gaat leven!

Huiswerk

Bedenk bij de voorbereiding van je volgende thema welke attributen je aan de huishoek gaat toevoegen, en of je een themahoek kunt inrichten naast de huishoek. Bedenk welk spel de kinderen kunnen spelen met de attributen, en hoe je dat in de kring gaat bespreken.

Huishoek: Hoe Begeleid Je Het Spel?

 In het boek Hoekenwerk van de Werkgroep Kleuters Centraal staan 3 soorten maatregelen die we nemen om de huishoek te verbeteren.

  1. de inrichting van de speelplek moet passen in de huidige tijd en een weerspiegeling zijn van hedendaagse huiselijke activiteiten en echt sociaal handelen.
  2. spelontwikkeling lukt alleen binnen echte, betekenisvolle activiteiten
  3. kinderen hebben in spel ondersteuning van meerwetende partners nodig (andere kinderen, maar zeker ook de leerkracht)

Hoe verloopt de spelontwikkeling?

Om te weten hoe we de spelontwikkeling het best kunnen begeleiden, moeten we eerst weten hoe die ontwikkeling verloopt. Peuters en jongste kleuters vertonen veel manipulatief spel. Dit houdt in dat ze voorwerpen manipuleren: ze rijden met een auto, roeren met een lepel, stapelen blokken. Het kan ook zijn dat ze voorwerpen niet gebruiken zoals ze bedoeld zijn: de auto’s belanden als eten in de pan, de lepel wordt gebruikt om op de deksel te slaan en de stapel blokken wordt omgegooid. In het boek Hoekenwerk wordt de telefoon als voorbeeld gebruikt: een kind drukt op de knopjes van de telefoon en houdt die aan zijn oor.

Het manipulerende spel gaat over in eenvoudig rollenspel. Het kind dat in een pan roert, maakt het eten klaar, de auto’s gaan op reis en het kind met de telefoon belt met oma om te vertellen wat hij gedaan heeft. Dit eenvoudige rollenspel hoeft nog geen samenspel te betekenen. Zo kunnen bovenstaande 3 kinderen in dezelfde hoek aan het spelen zijn, zonder dat er interactie met elkaar plaatsvindt. Deze ontwikkeling zie je bij kinderen van 4-5 jaar.

Het rollenspel wordt steeds meer uitgebreid. Het kind dat eten klaar maakt, voegt meerdere ingrediënten toe en dekt de tafel. Het kind met de telefoon heeft met oma gebeld en gaat er nu op visite. Het samenspelen neemt toe. De kinderen moeten hiervoor met elkaar overleggen, elkaars spelideeën aanhoren en begrijpen. Het kind met de telefoon belt bijvoorbeeld met een ander kind in de huishoek, die de telefoon opneemt en een eenvoudig gesprek voert. Deze ontwikkeling zie je bij kinderen van 5-6-7 jaar.

Hoe begeleid je het spel in de huishoek?

Als je kijkt naar de leeftijden in de spelontwikkeling, zie je direct al een probleem dat zich kan voordoen: het ene kind wil wel rollenspel spelen, maar krijgt de andere kinderen niet mee. Deze kinderen bevinden zich dan waarschijnlijk in een andere fase van de ontwikkeling. Je kunt je voorstellen dat het frustrerend is wanneer jij mooie spelideeën hebt, maar niemand met je mee wil spelen. Kijk dus eens naar de samenstelling van de kinderen die in de huishoek spelen. Misschien is er een ander kind dat mee kan spelen, of kun jij als leerkracht meespelen?

Daarmee kom ik meteen op het tweede punt: begeleid het spel door mee te spelen. Ik zou wel altijd vragen of je mee mag spelen, en mezelf niet opdringen. Stel vragen over de rollen die de kinderen hebben, benoem wat de kinderen met de materialen aan het doen zijn. “Ik zie dat jij in de pan aan het roeren bent met de lepel. Ben je iets aan het koken?” Wanneer je dit (manipulatieve) spel wilt uitbreiden, zou je kunnen vragen of je mee mag eten. Vraag je zelf vervolgens hardop af waar je dan moet zitten en wat je allemaal nodig hebt. Het kan natuurlijk ook zijn dat de andere kinderen in de huishoek mee willen spelen. Je kunt ook vragen of de kinderen de tafel voor je willen dekken, en zeggen dat je zo langs komt om te eten!

Als je merkt dat veel kinderen voorwerpen in hun manipulatieve spel niet gebruiken zoals ze bedoeld zijn, kun je een aantal van deze voorwerpen eens meenemen in de kring. Bekijk samen welke voorwerpen het zijn, waar ze voor bedoeld zijn en doe de handelingen voor. Bijvoorbeeld een houten lepel: is bedoeld om eten mee te koken, je kunt ermee roeren, bijvoorbeeld in een pan. Laat kinderen die handelingen uitvoeren. Je breidt de woordenschat uit en beïnvloedt het spel met deze voorwerpen.

Dit voordoen in de kring kan ook heel goed met rollenspel! Vraag bijvoorbeeld na afloop van de speltijd eens twee kinderen in de kring te vertellen wat ze deden in de huishoek. Of geef twee kinderen attributen uit de huishoek, en laat ze een eenvoudig gesprekje voeren (bijvoorbeeld moeder en kind, of politieman en boef).

Later in deze serie gaan we dieper in op de themahoek, en hoe je het spel in de huishoek hierbij kunt betrekken. Ik zou ervoor willen pleiten bij de voorbereiding van elk thema te bedenken welk spel je in de huishoek/themahoek wilt zien, en welke materialen en attributen je toevoegt. Besteed hier ook zeker aandacht aan in de kring!

Wanneer het spel niet verloopt zoals je zou willen, observeer het spel dan eens goed en probeer erachter te komen wat het probleem is. Als de plaats van de huishoek en de basisinrichting voldoende zijn, zou één van bovenstaande situaties kunnen helpen. Wil je het spel echt goed aanpakken, leg dan eens een schrift of notitieblok neer. Schrijf hierin op: welke kinderen in de hoek speelden, welk soort spel ze vertoonden en hoe lang. Beschrijf ook wat ze deden en waar het mis ging. Bespreek dit ook met de kinderen! Hebben de kinderen zelf gekozen voor spelen in de huishoek? Zijn er soms kinderen die elkaar versterken in ongewenst gedrag? Gaat het spel beter als deze kinderen niet met elkaar maar met anderen samen spelen? Probeer patronen te zoeken en kijk of je interventies (zoals uitleg in de kring) invloed hebben.

Huiswerk

Observeer het spel in de huishoek, en kijk welke kinderen welk soort spel vertonen. Kijk ook of dit spel past bij hun leeftijd. Bespreek in de kring het vertoonde spel en de voorwerpen/attributen in de huishoek.